Schouderprothese
Eén op de vijf Nederlanders heeft weleens last van de schouder. Sommige mensen komen in aanmerking voor een kunstgewricht (prothese). De Nederlandse orthopeden plaatsen ongeveer 3500 schouderprothesen per jaar.
De schouder
De schouder
De schouder bestaat uit verschillende delen:
- Schouderkop op de bovenarm
- Schouderkom aan het schouderblad
- Sleutelbeen
- Schouderblad met aan de bovenkant het schouderdak
- Gewrichtskapsel
- Rotator-cuff; spieren en pezen rondom de schouder. Deze zorgen er samen voor dat de arm bijna alle kanten op kan bewegen en dat de kop op zijn plaats blijft.
Redenen voor een prothese
Redenen voor een prothese
De belangrijkste redenen voor een schouderprothese zijn:
- Slijtage van de schouder (artrose)
- Gewrichtsreuma (reumatoïde artritis)
- Gebroken schouder
- Onherstelbare scheur in de rotator-cuff
U krijgt eventueel een schouderprothese als de behandeling zonder operatie niet helpt. Een schouderprothese plaatsen is dus de allerlaatste stap. Het doel is om de pijn te verminderen en de beweging van de schouder te verbeteren.
Uw arts bespreekt met u of u voor een prothese in aanmerking komt. En houdt daarbij bijvoorbeeld rekening met uw leeftijd en of u nog andere ziekten heeft.
Soorten schouderprothesen
Soorten schouderprothesen
Er zijn drie soorten schouderprothesen:
- Gewone (reguliere) schouderprothese. Deze heet ook anatomische schouderprothese. De kop en de kom worden vervangen door een kop van metaal en een kom van kunststof.
Deze prothese gebruiken we vooral bij patiënten met een versleten schouder zónder scheuren in de pezen en spieren er omheen (rotator cuff). De spieren en pezen zijn nog goed en de kop blijft daarmee op zijn plaats.
- Omgekeerde schouderprothese. Deze heet ook reversed schouderprothese. De naam verklapt eigenlijk al wat dit is. De kop komt op de plaats van de kom en het kommetje op de plaats van de kop.
Ook hier is de kop van metaal. Het kunststof kommetje zit vast aan een metalen steel die vastgroeit of met botcement wordt geplaatst in de bovenarm.
Deze prothese gebruiken we als niet alleen het gewricht maar óók de spieren en pezen er omheen (rotator cuff) beschadigd zijn. Die beschadigde pezen en spieren zorgen ervoor dat de kop niet goed voor de kom blijft zitten.
Als we hier een gewone schouderprothese plaatsen, kunnen de beschadigde spieren en pezen nog steeds hun werk niet doen. De kop blijft dan nog steeds niet goed voor de kom zitten. Het gevolg: pijn en de patiënt kan de arm niet meer omhoog bewegen.
Door kop en kom te wisselen, verplaatsen we het draaipunt in de schouder. De rotator cuff is dan niet meer nodig om de kop van de schouder op zijn plaats te houden. Een andere spier op de schouder (de deltoïdeus) kan de arm dan alsnog omhoog brengen.
- Halve schouderprothese. Bij deze prothese vervangt de arts alleen de schouderkop. Dat kan als de kom nog goed is. Bij een gebroken schouderkop bijvoorbeeld.
In 2019 was ongeveer 75% van de geplaatste prothesen een omgekeerde schouderprothese, 20% een anatomische schouderprothese en 5% een halve schouderprothese. Deze gegevens komen uit de rapportage van de Landelijke Registratie Orthopedische Interventies (LROI).
Steel
Bij het vervangen van de schouderkop kan de arts kiezen voor een prothese zonder steel, met een korte steel, of met een lange steel. De resultaten van prothesen zonder steel en met een lange steel zijn 2.5 jaar na plaatsing ongeveer hetzelfde.
Materiaal
Materiaal
De steel van de prothese is van metaal (titanium, cobalt-chroom). De kop van de prothese is meestal gemaakt van staal of keramiek en het kommetje van kunststof (polyethyleen).
Operatie
Operatie
De operatie gebeurt onder algehele narcose of een zenuwverdoving (plexusblokkade). Een zenuwverdoving kan worden gecombineerd met een slaapmiddel, waardoor u weinig of niets van de operatie merkt.
De orthopeed maakt een snee van 10-15 cm vanaf de schouder richting de bovenarm. Afhankelijk van de operatietechniek, zit de snee wat meer aan de voorkant, of juist aan de buitenkant van de bovenarm.
De orthopeed verwijdert de kop en kom van uw schouder en zet de prothese daarvoor in de plaats. Als de prothese stevig genoeg zit, gebruikt de orthopeed geen botcement. Is dat niet het geval dan gebruikt de arts wél botcement. Een andere reden om botcement te gebruiken is de hogere leeftijd van de patiënt. De operatie duurt ongeveer 2 uur.
De meeste mensen blijven 1 tot 2 dagen in het ziekenhuis. Soms is de operatie in dagbehandeling.
U heeft enkele dagen pijn en krijgt hiervoor pijnstillers. Meestal krijgt u tijdens uw opname ook medicijnen om trombose te voorkomen.
Vragenlijsten
De orthopedisch chirurgen zijn benieuwd hoe het met u gaat en of u tevreden bent over de behandeling en de prothese. Zij meten dit met vragenlijsten. De vragen gaan bijvoorbeeld over de pijn, hoe u zich voelt en hoe het gaat met bewegen. Uw behandelaars vragen u om voor- en na de operatie de vragenlijst in te vullen. Fijn als u daaraan meewerkt! Lees meer hierover.
Meer informatie over de operatie
Hoe bereidt u zich voor? Wie geeft welke informatie? Hoe gaat het op de operatiekamer? Wie zijn er aanwezig?
Complicaties
Complicaties
Ondanks alle voorzorgsmaatregelen zijn er soms problemen (complicaties):
- Infectie
- Beschadiging van zenuwen
- Nabloeding van de wond
- Soms schiet de prothese uit de kom. In de eerste drie maanden na de operatie is de kans hierop het grootst.
- Loslating van de prothese op langere termijn
- Botbreuken, bijvoorbeeld bij reuma. Tijdens of na de operatie kan er een scheur of breuk ontstaan in het bot.
Bij een reguliere schouderprothese kan op den duur alsnog een scheur in de pezen of spieren (rotator cuff) ontstaan. In dat geval kan een tweede operatie nodig zijn, waarbij de reguliere prothese wordt omgebouwd naar een omgekeerde prothese.
Contact met arts
Contact met arts
Neem contact op met uw arts in het ziekenhuis als:
- De wond niet goed geneest. Bijvoorbeeld als hij blijft lekken, of weer gaat lekken.
- De wond dik en/of rood wordt of meer pijn gaat doen
- U koorts krijgt: hoger dan 38,5°C
Revalidatie
Revalidatie
In het ziekenhuis krijgt u al fysiotherapie. De fysiotherapeut beweegt uw arm alleen passief. Dat betekent dat de fysiotherapeut uw arm beweegt. U doet dat dus niet zelf.
Afhankelijk van het type prothese zit uw arm de eerste twee tot zes weken dag en nacht in een draagdoek. Twee weken na de operatie worden de hechtingen verwijderd.
Als u weer thuis bent, krijgt u fysiotherapie bij u in de buurt. Na een aantal weken mag u de arm weer actief bewegen, maar nog niet belasten (tillen en steunen).
Ongeveer zes weken na de operatie heeft u een afspraak op de polikliniek orthopedie. Dan hoort u hoeveel u het schoudergewricht mag bewegen en belasten. De totale revalidatie duurt zes tot negen maanden. Meestal is na 1 jaar de definitieve situatie bereikt.
Pijn
In de eerste weken na de operatie kan de schouder pijn doen. Daarna wordt de pijn duidelijk minder. De pijn komt deels door de zwelling. Dit kan enkele maanden duren.
U krijgt pijnstillers tegen de pijn. Deze kunt u afbouwen als de pijn afneemt. De pijn kan tijdens het afbouwen toenemen, maar mag de revalidatie van de schouder niet beïnvloeden.
Resultaat
Resultaat
De patiënten zijn over het algemeen tevreden met de prothese. Ze hebben veel minder pijn en kunnen na de operatie hun arm beter gebruiken. Er zijn zelfs mensen die weer zwemmen met een schouderprothese.
Patiënten met een halve en gewone schouderprothese kunnen hun arm gemiddeld 110 graden voorwaarts omhoog bewegen en 145 graden als zij goed oefenen. Met een omgekeerde schouderprothese kan een patiënt zijn arm 95 graden voorwaarts omhoog bewegen en na goed oefenen soms 130 graden. In de nieuwe situatie kan de arm dus niet meer maximaal omhoog (180 graden = armen langs de oren).
Hoever u kunt bewegen na de operatie is niet te voorspellen. De meeste mensen kunnen hun hand wel weer achter het hoofd brengen. Voor sommigen is het lastig om de arm achter de rug te brengen. De armbewegingen met de gewone prothese zijn over het algemeen beter dan met de omgekeerde prothese. Als de rotator cuff nog goed is, plaatsen we daarom liever een gewone prothese.
Wat u van de operatie mag verwachten, is voor een groot deel afhankelijk van uw wensen: bespreek dit met uw orthopeed. Zo is ook geen algemeen antwoord te geven op de vraag of- en wanneer u weer aan het werk kunt.
Meer informatie over prothesen
Welke prothese heeft of krijgt u? Wat weten we over de kwaliteit en veiligheid. Waar vindt u meer informatie over uw prothese?