Artrose knie
Artrose is slijtage van het kraakbeen. Kraakbeen verandert van dikte en samenstelling als we ouder worden. Dat is normaal, maar bij artrose is er méér slijtage van het kraakbeen. Het gladde oppervlak wordt dun, brokkelig, of het kraakbeen verdwijnt helemaal. Het lichaam kan dit niet meer repareren.
De knie
De knie
De knie is een scharniergewricht. Het bestaat uit twee botdelen: het scheenbeen en het dijbeen. De botuiteinden zijn bedekt met een laagje kraakbeen. Deze laag is elastisch en vangt schokken en stoten op, zodat de knie soepel beweegt. Tussen de botuiteinden zit de meniscus als een soort stootkussen aan de binnenkant (mediaal) en de buitenkant (lateraal) van de knie.
Midden in het kniegewricht ligt de voorste kruisband en aan de achterkant verbindt de achterste kruisband de botten met elkaar. De kruisbanden zorgen ervoor dat de botten van het dij- en scheenbeen niet teveel verschuiven.
Aan de voorzijde zit de knieschijf. Hier overheen loopt de pees van de dijbeenspier (beide niet op de afbeelding). Deze hecht aan op het onderbeen en zorgt ervoor dat het been strekt. Om het gewricht zit een gewrichtskapsel van bindweefsel. De verdikkingen hierin zijn de gewrichtsbanden die ook extra stabiliteit geven aan het gewricht.
Als de kraakbeenlaag dunner wordt of verdwijnt, bewegen de botuiteinden in een gewricht niet meer soepel langs en over elkaar. De wrijving tussen de botten neemt toe en dat doet pijn. Er kunnen ruwe uitsteeksels ontstaan op het bot. Er kan ook vocht in het gewricht ontstaan. Hierdoor wordt het gewricht dikker. Samen met de pijn zorgt dat ervoor dat bewegen moeilijker gaat. Beschadigd kraakbeen herstelt nauwelijks.
Oorzaak
Oorzaak
Er zijn drie oorzaken van artrose:
- De kraakbeenlaag van het gewricht slijt door onbekende oorzaak. Hierdoor wordt de laag kraakbeen op het botuiteinde dunner. Uiteindelijk komt het bot (gedeeltelijk) bloot te liggen. Dit type artrose komt het meest voor bij mensen van middelbare leeftijd of ouder.
- Een ontstekingsreactie van het gewricht kan het kraakbeen aantasten, bijvoorbeeld bij gewrichtsreuma (reumatoïde artritis). Ook hierdoor wordt de kraakbeenlaag op het botuiteinde dunner, of de laag verdwijnt helemaal. Dit kan op iedere leeftijd voorkomen.
- Artrose kan ook ontstaan na een andere aandoening, zoals een botbreuk. Het kraakbeen kan rechtstreeks beschadigen, of extra snel slijten door een andere manier van bewegen. Artrose die optreedt na een botbreuk of ongeval noemen we posttraumatische artrose. Dit kan ook vele jaren na het ongeval nog optreden.
Klachten
Klachten
Mensen met artrose van de knie klagen vaak over:
- Pijn, vooral bij het opstaan (de zogenoemde startpijn). De pijn wordt meestal langzaam erger, maar kan ook plotseling optreden. Veel mensen geven aan dat weersveranderingen effect hebben op de pijn.
- Een dikke knie.
- De knie die ‘zwak’ aanvoelt, waardoor zij door hun knie kunnen zakken.
- Kraken van de knie.
Behandeling zonder operatie
Behandeling zonder operatie
Bij lichte artrose is het nog niet nodig om te opereren. Uw arts kan u dan het volgende adviseren:
- Pas uw leefgewoonten aan. Dat is nodig als u te zwaar bent of niet voldoende beweegt.
- Wees actief, maar ontzie uw knie. Dus: zwemmen of fietsen in plaats van hardlopen en springen. Beperk activiteiten die uw klachten kunnen verergeren, zoals traplopen.
- Doe oefeningen om de beweeglijkheid en soepelheid van uw knie te verhogen en de spieren van uw been te versterken. U krijgt hiervoor eventueel fysiotherapie.
- Maak gebruik van hulpmiddelen om uw knie te ontzien. Denk hierbij aan een stok, aangepaste schoenen, een brace of een bandage.
- Voor artrose van de knie kunt u verschillende pijnstillers gebruiken. Omdat niet iedereen hetzelfde op medicijnen reageert, zal de orthopedisch chirurg of de huisarts u vertellen welk middel voor u geschikt is.
- Uw arts kan u een injectie met een ontstekingsremmer (corticosteroïd) in uw knie geven. Meestal verminderen de zwelling en de pijn binnen 1 week. De injectie werkt meestal meerdere weken tot maanden. Als de klachten terugkomen, kan de arts u eventueel opnieuw een injectie geven.
Operatie
Operatie
Als de klachten van artrose niet verminderen, kan een operatie nodig zijn.
- Een halve of hele knieprothese (kunstknie) kan de beschadigde delen van het kniegewricht vervangen
- Tijdens een operatie kan het scheenbeen of het dijbeen worden doorgezaagd om deze op één lijn te krijgen met het kniegewricht (osteotomie).
Samen beslissen
Zie voor meer informatie over de behandeling de Keuzekaart Artrose in de knie of Keuzekaart Artrose in de knie in beeld (met kortere teksten en informatie in plaatjes). Deze keuzekaarten helpt patiënten om samen met hun arts te beslissen wat de beste behandeling is. Op de keuzekaart staan alle behandelmogelijkheden overzichtelijk op een rij. Met per behandelmogelijkheid het antwoord op belangrijke vragen zoals ‘Helpt de behandeling tegen pijn?’ en ‘Wat zijn de risico’s van de behandeling?’
Zie ook het filmpje met uitleg over de keuzekaarten.